Pgb en zorgverzekering

Vorige week schreef ik dat de zorg in Nederland goed geregeld is. De inkt was nog niet droog of ik kreeg alarmerende berichten, uit verschillende hoeken. Over de hoeveelheden burn outs in het algemeen, en in de zorgsector in het bijzonder. En over nieuwe treitereien van zorgverzekeringen bij het aanvragen van persoonsgebonden budget (pgb). Voor het aanvragen van persoonlijke verzorging of verpleging.

Dat zorgverzekeringen helemaal niet happig zijn op het verstrekken van een pgb is al bekend sinds de invoering van het gewijzigde zorgstelsel  per 1-1-2015. Vooral de eerste  twee jaar wierpen zorgverzekeringen vrijwel onneembare blokkades op voor het aanvragen van een pgb.

Eerst wist niemand wie er eigenlijk mocht indiceren. Dat bleken medewerkers van thuiszorgorganisaties te zijn. Die vonden het natuurlijk niet zo leuk om pgb’s aan te vragen ten koste van hun eigen workload.

Vervolgens werden pgb’s afgewezen als het ging om planbare zorg. Zoals hulp bij wassen en aankleden, maar ook bijvoorbeeld hulp bij naar het toilet gaan. Alsof dat planbaar is.

Vanaf 2017 is de regelgeving voor pgb-indicaties in alle vier de zorgwetten gelijk getrokken. Mede dankzij de voortdurende lobby van Per Saldo.

Als iemand de bestaande zorg in natura niet passend vindt en daarom een pgb wil, dan moet dat in principe mogelijk zijn. Mits de zorgvrager dit, eventueel met ondersteuning van een vertegenwoordiger, kan beheren.

Indicatiestellende medewerkers van thuiszorgorganisaties weigeren echter vaak om voor een pgb-verstrekking een indicatie te doen.

Stichting Goed thuis is één van de onafhankelijke organisaties die dit opvangt door indicaties voor pgb te doen.

Maar vorige week ontving ik een verontrustend bericht van Goed thuis.

Helaas kunnen zij niet meer bij alle verzekeringen onder een “akte van cessie” een indicatie stellen. De tijd die zij besteden aan het stellen van een indicatie voor pgb  wordt door een aantal zorgverzekeringen niet meer vergoed. Die moet de aanvrager dus zelf voorschieten, en vervolgens zelf declareren bij de zorgverzekering. € 361,20!

De  zorgverzekeringen hebben nu dus weer een nieuwe manier gevonden om barrières op te werpen voor het aanvragen van indicaties voor pgb.

Is dat erg?

Ja!

Want:

  • Met een pgb kan zorg tegen betaling door naasten worden geleverd. Soms aanvullend op de mantelzorg die zij ook al geven. Soms door anderen, zodat de mantelzorg wordt verlicht.
  • Waardoor de zorg in ieder geval goed kan aansluiten op de wensen van de zorgbehoevende.
  • Hierdoor wordt dan minder beroep gedaan op formele thuiszorg. Die de vraag vaak al niet aankan. En bovendien een hoger percentage ziekteverzuim en burn outs heeft dan het landelijk gemiddelde.
  • Informele thuiszorg op basis van pgb is veel goedkoper voor de zorgverzekering dan een formele inzet. Het pgb uurtarief “informeel” is maximaal 23 euro, voor een externe professional is dat 38 euro. Voor een thuiszorgorganisatie die “zorg in natura” (zin) levert ligt dat uurtarief nog hoger. Op ieder uur informeel pgb bespaart de zorgverzekering fors!

Combineer dat met de toenemende vraag naar thuiszorg (persoonlijke verzorging en verpleging)  die zin-aanbieders niet aankunnen en het hoge ziekteverzuim  bij zorgaanbieders. Conclusie: Zorgverzekeraars, ontmoedig het niet , maar GA voor het pgb!